top of page

Dagboek, opname ECT ( deel 1 )

Lieve Lezer,


Ik wil iets met je delen. Ik sta nu in mijn kracht, dus voel mij sterk genoeg het met je te delen en er over te praten. Vorig jaar ben ik een tijdje in de Psychiatrische afdeling van de Dijklander Ziekenhuis opgenomen geweest.


Ik kreeg toen een heel mooi roze schrift van mijn dochter, en vond het een goed idee om als dagboek te gebruiken, en dat zou mij weer goed doen als therapie, aangezien ik door angst niet meer kon tekenen of schilderen. Zo kon ik tenminste dingen van mij af schrijven.

Ik zal niet het hele schrift in één Post kunnen schrijven, dus de Post “Dagboek, Opname ECT" zal uit meerdere delen bestaan. ( Dit is dan Deel 1 )

Ik wil je wel alvast waarschuwen, dat ik letter voor letter zal overschrijven zoals ik het toen geschreven heb, vanaf het begin tot het einde. Van af het moment dat ik werd opgenomen, tot aan het moment dat ik weer naar huis mocht gaan.

En ondanks dat ik mij nu wel sterk genoeg voel, om het opnieuw te lezen en te herschrijven, ben ik wel erg emotioneel erbij geworden, omdat er heel veel pijn naar boven is gekomen. ( Ik herleef het dan weer opnieuw )


Ik heb mij hiermee heel kwetsbaar naar jou, de lezer opgesteld, maar dit is een dagboek ( en dan hoort dit er ook erbij ). En met mijn kwetsbaarheid wil ik alleen jou (de lezer) helpen, als jij net zoals ik lijd, wil ik je laten weten, dat je niet alleen bent. Ik hoop dat je via deze Blog op de één of ander manier troost en herkenning vindt en heel klein beetje kracht uit haalt om verder te gaan. Want weet je? Als ik het kan……… echt, iedereen kan het!

---------------------------------------------------------------------------------------------------------

Een roze schrift met een regenboog. Zo een schrift kan alleen maar bestemd zijn om leuke, vrolijke verhalen er in te zetten. Met dan ook nog op de kaft een hartje en als cadeau geweest zijn van mijn dochter naar mij toe, kan alleen bestemd zijn voor liefdevolle verhalen. Want wat is mooier en onschuldiger dan de liefde van een kind naar zijn moeder toe en andersom.


Mijn verhaal begint misschien niet zo vrolijk, niet alles is rozengeur en maneschijn. Maar ik weet zeker wanneer wij bij het einde beginnen te raken, wij weer de roze olifantjes zullen zien. En op het einde zal er op de een of ander manier staan,” en ze leefde nog lang en gelukkig”, net zoals in de sprookjes.


Het is nog lang niet zo ver, maar zoals je ziet heeft deze boek heel veel pagina’s, waar ik heel veel letters in kwijt kan, die letters vormen samen woorden, die woorden vormen samen een zin, en al die zinnen bij elkaar, als je ze leest van links naar rechts vormen dan samen een verhaal. Mijn verhaal!


Maar voordat wij over de regenboog huppelen met onze roze lakschoentjes op weg naar de roze olifantjes, moeten wij eerst zien die zwarte uitzichtloze lange tunnel uit te lopen, en alle Draken, Monsters en Demonen die wij onderweg tegen komen, zien te overwinnen. Dan aan het einde van de tunnel, zal het oversteken van de regenboog een makkie zijn. Waar wij aan het einde van de regenboog rijkelijk zullen worden beloond met onze gouden pot.

Maar laten wij niet op de zaken vooruit lopen. Laten wij eerst de deur open doen, die ons leidt naar de ingang van de Zwarte Tunnel waar wij echt om heen kunnen.

Met grote angst gaat die deur open en zodra ik een stap naar voren doe en mezelf in die Zwarte Tunnel bevind, sluit de grote zware deur achter mij dicht. Er is geen weg terug, of ik blijf in die lange zwarte eindeloze tunnel zitten of ik probeer naar het licht te lopen, die ik op dit moment niet kan zien, maar weet dat die er is.

Ik probeer mezelf moed in te spreken. “Kom op je kan het,” “je bent sterk genoeg, je kan de hele wereld aan, laat die Draken, Monsters en Demonen maar komen, ik zal ze allemaal verslaan. Er is niks en niemand meer die mij nog tegenhoud, ik heb recht op die gouden pot, met geluk aan het einde van de regenboog.”


Tot nu toe klinkt het allemaal heel vaag en weet niemand waar ik het over heb, maar daar komt snel verandering in, geef mij je hand en ik neem je mee naar mijn verhaal.


Mijn verhaal gaat over een jonge vrouw en haar beste “vriend”. Een “vriend” die wij allemaal in ons hebben maar gelukkig niet allemaal leren kennen.

Het is een “vriend” die wij allemaal bij onze geboorte mee krijgen als een zaadje in ons hoofd.

En dat is ook waar mijn avontuur zich afspeelt, in mijn hoofd, daar is de regenboog en de Zwarte Tunnel, misschien met een klein bruggetje naar mijn hart toe. En dat is misschien ook waarom het onweert in de Zwarte Tunnel, omdat de weg van mijn hoofd en mijn hart niet in de zelfde richting gaan.


Zoals wij allemaal weten komt ieder individu van ons uit een zaadje, een mannelijk zaadcel dat lijkt op een kikkervisje. Het bestaat uit een kop, een tussenstuk en een staart. En eigenlijk begint dan onze eerste strijd al.

We moeten vechten tegen 100 tot 200 miljoen andere zaadcellen, want wij willen allemaal zwemkampioen worden. En wel met een snelheid van ongeveer van ongeveer 45 km. per uur zwemmen wij zelfs tegen de stroom in, op weg naar ons eind bestemming, de eicel.

Op onze grote reis wordt de zaadcel getest op zwemprestaties en doorzettingsvermogen.

Maar we zitten nu niet bij biologie les, dus gaan daar nu ook niet diep op in. Het komt er op neer dat voordat wij überhaupt nog geboren zijn, als wij nog maar een kikkervisje zijn, al moeten strijden en zien te overleven. Want alleen de sterkste overwint, en groeit in de baarmoeder van een vrouw, tot een mooi en gezond mensje.


Van kikkervisje met kop, staart en tussenstuk, naar een baby een hoofdje, twee oogjes, twee oortjes, een neusje, een mondje, twee armpjes, twee handjes, tien vingers etc., etc. Dat zijn allemaal dingen die zichtbaar zijn bij een gezonde baby, dat en nog veel meer.

We worden ook geboren met huid rond ons lichaam die samen met onze botten en onze spieren een beetje onze vorm bepalen. Van binnen wat niet zichtbaar is, zijn we allemaal over het algemeen ook allemaal het zelfde.

Onze hersens, een hart, een nier, twee longen en nog veel meer.


En ik geloof, maar dat is niet wetenschappelijk bewezen, ik romantiseer het een beetje om het om het voor degene die er aan lijd mooier te maken, en voor degene die er niet aan lijd een beetje begripvoller te maken. Dat als wij geboren worden, wij een zaadje in ons hoofd mee krijgen. Een zaadje die al geplant is.

Net zoals wanneer je een zaadje in een bloempot plant, soms komt die uit en groeit die, en soms komt er helemaal niks uit.

Dit zaadje heeft een naam en heet ‘Depressie’.


Alles wat leeft begint op een of ander manier met een zaadje, of het nou mooie rode roos is of een nare brandnetel. Mijn zaadje van de Depressie heeft zich goed ontwikkeld en is gegroeid in de loop der jaren. Het is geen zaadje meer. Als jet zou vergelijken met een zaadje van een plant of boomsoort uit de natuur, zou je het kunnen vergelijken met een dennenboom, groot en sterk met wortels die alle kanten op gaan onder de grond, met en kleine zijtakken die alle kanten opgaan. Een dennenboom die blijft groeien naar het licht toe, maar door al die zijtakken alles heel donker maakt.


Bij de meeste mensen, blijft dit zaadje bij een zaadje, bij andere groeit deze tot een brandnetel en houdt daarna een winterslaap, bij sommige wordt die soms wakker, bij anderen is éénmalig. Het is bij iedereen verschillend.

Ik kan niet je niet over anderen vertellen of hoe anderen dit ervaren. Ik kan je alleen over mijn zaadje vertellen.

Dat doe ik in mijn volgende Post Deel 2.




--- MOED EN VERTROUWEN ZIJN NODIG OM OVER DE ANGST DAT HET MIS GAAT HEEN TE STAPPEN ---

1 Comment

Rated 0 out of 5 stars.
No ratings yet

Add a rating
Guest
Aug 31, 2023
Rated 5 out of 5 stars.

❤️

Like
bottom of page